“En niet veel dagen daarna maakte de jongste zoon alles te gelde en reisde weg naar een ver land en verkwiste daar zijn vermogen in een losbandig leven.” (Lukas 15:13)
“Zijn oudste zoon nu was op de akker.” (Lukas 15:25a)
Het is de vraag waar de houding van de beide zoons hen brengt. De ene vraagt de erfenis op en de ander probeert zijn kindschap te verdienen, maar waar brengt hen dat dan? Hoe groot is het verschil tussen beide zoons? En is er wel zo’n groot verschil tussen een zondaar en een keurig kerkmens die de zondaar van buiten de kerk beoordeeld? Laat duidelijk zijn dat beide zoons uit hetzelfde vaderhuis komen.
Ook de jongste zoon komt bij de vader vandaan. En hij kiest er voor om zijn schijnbare rechten op te vragen. De erfenis voor de gelovige krijgt hij straks in de hemel, maar door de zonde hebben wij opgeëist dat wij nu al willen leven op een manier waar we de erfenis al zouden gebruiken. De jongste zoon kiest er voor om de erfenis om te zetten in geld en trekt bij de vader vandaan de wereld in. Herkenbaar voor diegenen die ver bij God vandaan zijn gegaan, de wereld van zonde en plezier in. Eigenlijk aan God geen boodschap. En waar brengt de dat de jongste zoon? In een ver land, ver bij het vaderhuis vandaan. En het lijkt allemaal zo mooi dat het vaderhuis, dat zijn vader ook helemaal niet belangrijk meer is. Nee, zo keurig leven bij de vader, dat is aan hem niet besteed.
Maar uiteindelijk is zijn budget op en komt hij zonder te zitten en moet hij gaan werken voor zijn bestaan. Werken voor je bestaan, terwijl je bedoeld bent om kind te zijn die voor zijn bestaan niet hoeft te werken, maar die door de vader een gegarandeerd bestaan kan ontvangen. Maar nu niet thuis, ver weg en werken om te kunnen bestaan.
Maar de oudste zoon dan? Is hij dichterbij het vaderhuis? Is hij dichter bij zijn kindschap? Er staat dat hij op de akker is. Ook hij is niet bij het hart van zijn vader. Misschien is hij wel dichterbij het vaderhuis, hij ziet elke dag wel hoe het er in het vaderhuis aan toe gaat, hij ziet de vader wel, maar hij is op de akker. En ten diepste is hij misschien wel verder weg bij het vaderhart dan zijn jongste broer. De jongste zoon weet hoe de vader is en hij kan dat gaan misschien, maar de oudste zoon weet niet hoe de vader is. Hij heeft een voorwaardelijk vaderbeeld. Kenmerk van religieuze mensen die hebben ingevuld hoe God de Vader zou zijn.
En waar de jongste zoon noodgedwongen moet werken voor zijn bestaan, omdat hij de vader kwijt is, kiest de oudste zoon ervoor de vader niet te kennen zoals hij is. Hij werkt op de akker om zijn bestaan. En kun je dan de Vader echt leren kennen, of staat dan je beeld van de Vader de relatie met Hem misschien ernstig in de weg. Allebei zijn ze ver weg bij de vader, maar allebei op hun eigen manier. Maar de Vader verlangt naar jouw aanwezigheid, en de jongste of de oudste, beiden zijn ze er niet.
Gebed: Vader, U verlangt naar beide zoons, maar beide zijn ver bij Uw hart vandaan. Het is wel het beeld zoals het is zoals we geboren zijn. Als het nu anders is kan ik U alleen maar danken dat U trouw bleef.