"Want de Naam van God wordt, zoals geschreven is, door uw toedoen gelasterd onder de heidenen." (Romeinen 2:24)
Je zou een Jood zijn in de tijd van Paulus en de woorden uit Romeinen 2 goed tot je laten doordringen. Er blijft echt niets over van hun hoogmoedige status. De Farizeeërs werden door Jezus ook regelmatig op hun nummer gezet, maar Paulus doet niet onder voor Jezus. Hij blijft maar doorgaan met voorbeelden van zonden waarvan ze zeggen dat het niet mag, maar die ze zelf wel doen. En blijkbaar hebben de Joden in die tijd ook hun besnijdenis nog genoemd als reden dat God toch echt wel milder met hen zal omgaan dan met de heidenen. Maar het allerergste dat Paulus noemt is dat door de zonden van de Joden, God gelasterd wordt.
En natuurlijk zegt Paulus dat hier tegen Joden die zich verheffen en natuurlijk heeft hij het tegen mensen die anderen vooroordelen, terwijl ze zelf de zelfde dingen doen. Maar tegelijk is het ook goed om de waarheid vandaag ook even op onszelf toe te passen over dat wat er gebeurd als jij en ik zondigen. Het is heel makkelijk om te zeggen dat dit onze relatie met God niet ten goede komt, dat we ons leven niet onder de zegen van God houden. Dat is waar, maar heel sterk op onszelf gericht. Het punt dat Paulus hier, behoorlijk verbolgen, noemt is dat door de zonden van hen die het echt beter weten, van hen die zichzelf Gods volk mogen noemen, dat door die zonden van hen de heidenen God gaan lasteren.
En laten we eerlijk zijn, als wij belijden dat liegen niet mag, dat God alleen waarheid wil horen, welke conclusie trekt onze niet-gelovige buurman dan op het moment dat wij onbetrouwbaar zijn? Wij, die de betrouwbaarheid van God zouden behoren de weerspiegelen op aarde? Wat moet de wereld om ons heen denken als wij niet oprecht leven, als wij onbetrouwbaar zijn met onze urenverantwoording, onze declaraties? En ik noem maar een paar eenvoudige voorbeelden. Soms ben ik heel bang dat als de beerput van de protestantse kerken opengaat dat deze nog veel meer stinkt dan die van de Rooms Katholieke kerk. En wij weten hoe de wereld praat over de misbruikschanalen in die kerk. Maar hoe zijn onze levens? Op seksueel gebied, op betrouwbaarheid. Als wij zeggen dat God liefde is en wij dragen die liefde niet uit?
Ik heb het gevoel dat ik dit nu gewoon een keer moet noemen, gewoon even tussen onze studie over de Romeinenbrief door. Gewoon omdat Paulus ons vandaag herinnert dat er staat geschreven dat door ons toedoen God Naam gelasterd kan worden. En het gaat er niet om om elkaar te veroordelen, het gaat om de eer en de Naam van God. Hebben wij dan echt Gods bewogenheid voor deze wereld in ons, zodat de wereld door ons heen God ziet? Of gaat de wereld nog harder vloeken omdat we hen kwetsen, wij die zeggen kinderen van God te zijn? Dit is scherp, dit prikkelt en dit is niet fijn om te benoemen, maar laten vandaag even hiermee tot onszelf inkeren en het belijden en vervolgens ons bekeren van deze dingen. Zodat de wereld God zal loven en prijzen als ze ons ervaren en meemaken.
Gebed: Heilige God, wij belijden dat er momenten zijn dat wij er voor zorgen dat niet-gelovigen Uw Naam lasteren door ons gedrag. Door mijn gedrag, door mijn houding. Ik belijd het en ik bekeer me hiervan zodat Uw Naam door mij geprezen zal worden.