"Al voor de bergen geboren waren en U de aarde en de wereld voortgebracht had, ja van eeuwigheid tot eeuwigheid bent U God." (Psalm 90:2)
Als je ergens moet beginnen om te bedenken wat we geloven, dan moet je daar beginnen waar het begonnen is. Je begint normaal gesproken gewoon bij het begin. Maar als het over ons geloof gaat, kun je niet over het begin beginnen en daarbij is het ook nog eens zo dat ons geloof ook gelijk, vanaf woord één begint met geloven en niet met begrijpen. Je moet namelijk daar beginnen, waar het bestaan van alles in vast ligt. En dan kom je niet op een punt in de tijd uit, maar dan kom je uit bij God.
Mijn geloof, jouw geloof is gebaseerd op God. En God is zonder begin. Wij geloven in God, Hij is de Eeuwige. Ik krijg in sommige kringen soms wat kriebels bij dit woord. Er zijn kringen waar God niet bestaat en slechts een verzameling is van menselijke denkbeelden. Dan wordt er vaak over de Eeuwige gesproken, maar die bestaat dan niet. Toch geloof ik dat als het om God gaat, we ook moeten spreken over de Eeuwige. Het begin van alle dingen begint bij Hem die geen begin heeft. Dat begrijpen we niet, maar als God wel een begin had gehad, was eeuwigheid ook nooit een optie geweest.
David zet in Psalm 90 de eeuwige God neer, naast onze sterfelijkheid. Wij zijn sterfelijke en tijdelijke mensen. Dat zijn wij geworden, dat waren wij niet. God had ons gemaakt voor Zijn eeuwigheid, terwijl Hij zonder begin en zonder einde was. God is altijd in het eeuwige nu. God is dus ook tijdloos. Dat is de God die wij dienen, dat is de God door Wie alles bestaat, maar door Wie ook alles in stand gehouden wordt.
Het is bijna zo logisch dat wij geloven in God. Maar als er iets niet logisch is vanuit ons denken, dan is het God! God heeft altijd bestaan omdat Hij is. Dit lijkt op iets van filosofie, maar het is het diepste geloof dat je kunt bedenken. God is uiteindelijk met geen woorden te bevatten. God is te groot voor ons verstand, te groot voor deze wereld, Hij overstijgt werkelijk alles! En ik geloof in deze God! En dan hebben we het er nog niet over wat Hij heeft gedaan, dan gaat het nu alleen nog maar over Wie Hij is. In Job 36:26 lezen we dat God buiten elk begrip is en dat Zijn jaren ontelbaar zijn. Als je Gods jaren zou vergelijken met het zand van de zee, dan kom je ooit een keer uitgeteld. Maar God is zo groot dat Zijn jaren niet te tellen zijn omdat Hij uiteindelijk niet eens jaren heeft, maar Hij is altijd, maar dan zonder tijd. Wij denken in tijd, maar God heeft geen tijd.
Het is wat dat wij deze grote God mogen dienen en kennen. Dat deze God plannen heeft gemaakt voor jou en mij, daar kom je woorden voor tekort. En hoe verder je nadenkt over wat je gelooft, hoe groter God wordt.
Gebed: Eeuwige God, U bent zo groot, ik kan het niet bevatten, maar U bent die U bent, U bent altijd God geweest, nooit bent U er niet geweest, ik kan er niet bij.