“Maar u, ga heen tot het einde, want u zult rusten, en u zult opstaan in uw bestemming, aan het einde van de dagen.” (Daniël 12:13)
Het hele boek Daniël eindigt uiteindelijk in een groot raadsel. Er blijft zoveel onduidelijk, niet alleen voor Daniël, maar ook voor ons. Daniël ontmoet twee andere personen op de kant van de oever van de rivier. Waarom deze daar staan wordt niet duidelijk, misschien vanwege de eed die nog volgt door de engel met wie Daniël in gesprek was. Want één van die mannen vraagt hoelang het nog gaat duren en krijgt dan in de vorm van een eed het antwoord: “Een tijd, tijden en een halve tijd”. Weer is het duidelijk dat het om een beperkte tijd gaat waarbij ook aan het lijden van Israël een einde zal komen. Maar Daniël begrijpt er niets van.
Daniël hoort de woorden, maar begrijpen doet hij het niet. En als hij dan nog doorvraagt krijgt hij het antwoord dat hij moet gaan. De informatie stopt en de woorden worden verzegeld tot het einde. Wel zegt de engel dat er velen zullen zijn die gereinigd worden en zuiver wit zullen worden, maar de goddelozen zullen daar niets van begrijpen. Zelfs sommige verstandigen onder die goddelozen die het wel begrijpen kunnen dat niet bereiken. En vervolgens duurt dat dan nog 1290 dagen voordat het zover is, dat zijn ongeveer die tijd, tijden en een halve tijd. Maar, welzalig degene die 1335 dagen blijft verwachten.
Er is geen uitlegger die hier uitkomt. Die twee tijden zijn niet te duiden. En zo eindigt het boek in raadsels en met de wetenschap dat de wereldgeschiedenis afsluit met een zware tijd. En misschien is dat nu juist wel wat God ook wil. Hij waarschuwt ons voor de tijd die komt, maar Hij geeft niet alle informatie. Misschien wel omdat wij het niet zouden kunnen verdragen. En misschien ook wel omdat wij dit niet eens allemaal mee zullen maken en het dus voor velen informatie is die er niet toe doet en wat alleen maar onrust kan veroorzaken. Zo lijkt het boek Daniël af te sluiten.
We begonnen deze laatste hoofdstukken met de opmerking dat ik niet veel heb met al die eindtijdprofetieën, omdat ik geloof dat het niet onze roeping is om dat uit te pluizen, maar dat wij onze plaats als hemelburgers moeten innemen in deze wereld en onze focus stellen op Koninkrijk dat wij te brengen hebben in de Naam van Jezus. Eigenlijk is de boodschap van Daniël dat er veel zal gebeuren, maar niemand weet wanneer en op welke manier, maar er zal veel gebeuren.
En dan komt het laatste vers. Daniël is een oude man geworden en hij mag naar zijn einde toe. Hij mag zich gereedmaken om te gaan rusten. Zijn taak zit erop, net zoals onze taak er op een gegeven moment op zal zitten, als Jezus nog niet is teruggekomen. En de belofte van Daniël geldt ook voor ons, die in het geloof sterven: Wij zullen opstaan in onze bestemming! Dan zijn al die dingen die voorzegt zijn uiteindelijk niet van belang. Daniël heeft ze ook niet meegemaakt en hij mocht gaan rusten tot de jongste dag. Laten we dat vasthouden, laten we niet aan het rekenen slaan en niet aan het speculeren, maar ga heen, doe wat je roeping is, tot je mag gaan rusten of tot de dag dat Jezus terug zal komen.
Gebed: Heer, U zet ons op scherp. Er is zoveel wat wij niet hoeven te weten en er is zoveel dat wij niet mogen weten, U roept ons op om niet bezig te zijn met Uw uitvoering, maar met onze roeping op deze aarde. Nu zijn er nog raadsels en straks zijn we Thuis.