Thema: Eerste brief van Petrus
"Welnu, omdat Christus voor ons in het vlees geleden heeft, moet ook u zich wapenen met dezelfde gedachte: wie in het vlees geleden heeft, is opgehouden met de zonde, om nu, in de tijd die ons nog overblijft in het vlees, niet meer naar de begeerten van mensen, maar naar de wil van God te leven." (1 Petrus 4:1 en 2)
Soms raak je de draad wel eens kwijt, zeker ook als je probeert om je Bijbel te lezen. Dat taalgebruik van toen zijn soms enorme zinnen en in die zinnen zitten dan van die bijzinnen die een boodschap op zichzelf zijn, maar voor je het weet zit je op die lijn van een bijzin en raak je de draad kwijt waar het nu echt over ging. Die bijzin van de vorige keer over de ongehoorzame geesten was zo'n zin. Er zit in die bijzin ook echt iets groots en ook iets moois van de overwinning van Jezus. Het bijzondere van de schrijvers in de Bijbel is, dat zij kennelijk de draad niet kwijtraakten. Petrus gaat dan in hoofdstuk 4 gewoon verder waar hij voor die bijzin was gebleven. En dat terwijl je dan de lijn probeert te vinden tussen het volgende stuk en die bijzin. Alleen die is er niet, omdat Petrus gewoon verder gaat waar hij mee bezig was.
Als Petrus zegt dat Christus in het vlees voor ons heeft geleden, dan gaat hij eigenlijk verder waar hij in vers 18 van het vorige hoofdstuk was gebleven. Die doop uit die bijzin laat hij verder rusten, die geesten evenzo. Hij gaat gewoon verder met het gevolg voor ons leven dat Christus onterecht heeft geleden. Eigenlijk zit Petrus natuurlijk op de lijn dat als wij onterecht lijden, dat dit voor ons navolging van Jezus is. Zo parkeert hij het eigenlijk ook. Er komt alleen wel een vraag voort uit het feit dat Jezus onterecht heeft geleden. Dat onterechte lijden van Jezus was menselijk wel onterecht, maar vanuit God natuurlijk nodig. Daarmee is de verzoening een feit. En dat roept een vraag op met betrekking tot ons leven. Als Jezus nu heeft geleden, terwijl Hij niets had gedaan waardoor dit lijden nodig was, maar Hij dit slechts alleen voor jou en mij deed, wat doet dat dan met jouw leven?
Petrus zegt ongeveer dit: "Als Jezus onterecht heeft geleden voor jou, dan is er nu genoeg tijd van je leven geweest waarin je naar de begeerte van de wereld hebt geleefd en is de tijd die nu nog is overgebleven, de tijd om te leven naar de wil van God". Het is eigenlijk heel simpel: We hebben in de tijd van ons ongeloof lang genoeg de wil van de heidenen gedaan, genoeg daarmee, vanaf nu leven we niet meer voor de heidenen, maar voor God. Zelfs als dat onrecht oplevert. Eigenlijk is het een wet in Gods Koninkrijk dat als je gerechtigheid leeft, je onrecht van de wereld ontvangt. Misschien is dit wat zwart-wit en klopt dat gelukkig niet altijd, maar dit is wel wat de ervaring van veel gelovigen is.
En wat het gevolg is? Je wordt vreemd aangekeken als je niet meedoet met de losbandigheid van de heidenen, want dat is voor de ongelovige wereld natuurlijk heel vreemd gedrag. Ik zat ooit in de pauze, in mijn tijd als groenvoorziener, ergens op een klus in de Botlek, in de bus met een aantal collega's. Er zat er eentje bij die behoorlijk anti geloof was, maar door mijn gedrag en houding dat haaks stond op het leven van iemand die niets met Jezus heeft, ging hij vragen stellen. Het is toch gek als je als jonge kerel op zondag in de kerk gaat zitten, je niet elk weekend dronken was en zo had hij wel meer vragen. Zijn eindconclusie was: "Je spoort gewoon niet". En gelijk er achteraan: "Ons gesprek ging over de grens van de pauze, dus nu steel je van de baas". Ik sprak gelijk met hem af, dat hij dit terug op de zaak wel mocht bespreken. Natuurlijk deed hij dat niet, want dan had hij ook een paar vragen gekregen en het was mijn bedoeling niet geweest om de pauze op te rekken, maar het gesprek liep zo. En gelijk merkte je: Je klopt niet en ze proberen je gelijk een hak te zetten. Het enige dat dan helpt is dat je beseft dat ook zij, met hun ongeloof rekenschap moeten afleggen aan God. God zal echt wel recht doen. Of Hij doet dat door het geloof in Jezus en heeft Hij recht gedaan aan Jezus of Hij doet recht aan de ongelovige. En tot die tijd lijden wij om Jezus' wil en leven wij Jezus' leven en zijn we gestopt om als heidenen te leven.
Gebed: Heer, dank U wel voor Uw offer voor mij en ik zal als volgeling van U leven en niet meer als heiden. Tegelijk vraag ik U om mij te helpen altijd Uw wil te doen.