Thema: God is…
“Worden niet twee musjes voor een penninkje verkocht? En niet een van die zal op de aarde vallen buiten uw Vader om. En ook de haren van uw hoofd zijn alle geteld.” (Mattheüs 10:29-30)
Wat heb je er aan om te weten dat God almachtig is? Het werd de vorige keer al wel duidelijk dat Gods almacht niet betekent dat Hij ook elke gebrokenheid zal oplossen op onze tijd. Dat is geen beperking van Wie Hij is, maar dat heeft ermee te maken dat het niet Gods schuld is dat wij zuchten onder de gebrokenheid. De vraag die eigenlijk wel samenhangt met Gods almacht is de vraag wat God weet.
Stel je voor dat God wel almachtig is, maar niet alwetend. Dan krijg je in het groot wat in onze menselijke werkelijkheid in het klein kan zijn: Iemand heeft hulp nodig en jij kunt het geven, maar als jij niet weet dat diegene hulp nodig heeft, zal er ook niets gebeuren. Dit betekent niet dat Gods alwetendheid ook altijd er voor zal zorgen dat God ook op basis van Zijn alwetend zal handelen. Eigenlijk dus hetzelfde als bij Gods almacht: God is almachtig maar kan er ook voor kiezen om Zijn macht niet te tonen. Dat kan zelfs samengaan met Zijn alwetendheid, want vanuit dat perspectief weet God ook wat het beste is.
Toch is Gods alwetendheid een enorme troost, naast dat het God immense grootheid laat zien. God weet dus al van je situatie af, voordat jij Hem om hulp vroeg. Het is zoals God zegt: “Voor je riep, antwoordde Ik”. En Jezus maakt duidelijk tot op welke niveau die alwetendheid van God gaat. Zelfs de haren van je hoofd zijn geteld. Nu zijn mijn haren ondertussen aardig uitgedund, maar niet ene haar is zonder de wil van God op aarde gevallen. Eigenlijk in die ene zin merk je al dat Gods almacht en alwetendheid heel dichtbij elkaar liggen. Zonder de wil van je hemelse Vader valt er geen haar van je hoofd. Gods almacht en alwetendheid gaan zover dat God het vallen van je haren weet en kan voorkomen.
Als je blijft bij het allereerste waar we mee begonnen in deze serie, dat God geen liefde geeft, maar liefde is, dan begrijp je heel goed dat Gods almacht en Gods alwetendheid door God altijd ten goede van ons wordt gebruikt. Daarnaast gaat Gods alwetendheid ook verder dan het nu. God weet in de toekomst wat er zal gebeuren. Het is zoals David in Psalm 139 zegt: Voordat iets uit mijn mond is uitgesproken wist U het al. David zegt zelfs dat God niet alleen weet wat je ging zeggen, maar Hij kent ook de reden. Als je dan blijft bij Psalm 139 dan lijkt dit een soort waarschuwing waar de psalm mee begint. Alsof God met Zijn alwetendheid er op uit is om je te controleren, maar als je deze psalm goed bekijkt, ontdek je dat dit een loflied is op God. Het is een loflied ook op Gods alwetendheid. Hij weet alles van je, niets in deze wereld is Hem onbekend. Wat gelukkig is dat, want omdat Hij liefde is, zal Hij het ook nooit zomaar laten gebeuren. Hij is juist daarom nabij, omdat Hij elk detail kent, zelfs het aantal haren op je hoofd.
Gebed: Heer, ik dank U voor Uw alwetendheid. U weet alles van mij en U weet beter dan ik, wat ik nodig heb.