“Bid, en u zal gegeven worden; zoek, en u zult vinden; klop, en er zal voor u opengedaan worden. Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden.” (Mattheüs 7:7 en 8)
Hoe communiceer jij met God? Op welke manier maak jij bij God bekend dat je nodig hebt? Wellicht denk je nu: “dat is toch gewoon bidden?” Misschien zou je dat bidden kunnen noemen, maar ik merk in de omgang met mensen dat bij het woord ‘bidden’ er ook een gevoel kan ontstaan van ‘voorzichtig vragen wat je nodig hebt en er ook van uitgaan dat je het niet ontvangt’. Herken je dit in je gebed? Ergens ook die worsteling van hoe vrijmoedig je mag bidden en dat afgestemd met Gods heiligheid? Daar gaan we komende tijd over nadenken en we gaan zoeken hoe voorbeeldfiguren uit de Bijbel dit deden en wat Jezus erover zegt. En of je dan elke manier van communicatie met God ‘gebed’ kunt noemen, is dan misschien de vraag.
Als Jezus het over het gebed heeft, dan is Hij heel erg stellig en duidelijk. Hij zegt zelfs dat als we bidden, we ook zullen ontvangen. Als je het gedeelte uit Mattheüs 7 goed leest valt het op dat als Jezus over bidden spreekt, dit twee dingen oplevert, terwijl bij zoeken en kloppen er maar één ding is dat het oplevert. Overigens spreekt Jezus in het Grieks niet over bidden, maar over vragen. En om het dan nog scherper neer te zetten staat er dat als je vraagt, gegeven zal worden en ieder die vraagt, die ontvangt of anders vertaald, wat ook een optie is: die neemt of grijpt.
Vragen levert dus op dat het gegeven wordt en vervolgens ontvang je het of je neemt het zelfs. Met andere woorden, bidden, op de manier zoals Jezus bedoelt is niet bidden in de zin van ‘ik hoop er maar het beste van’, maar het is veel meer absoluut verwachten dat je het ook ontvangt. En nu is dit vragen of bidden, maar ene vorm van communicatie. Ook kloppen en zoeken horen er nog bij. Dat is misschien nog wel veel actiever en het zegt ook iets over volharding. Kloppen kan ook alles te maken hebben met het bereiken van een doorbraak en zoeken heeft dan alles te maken met grondig ermee bezig zijn, maar het gaat ook niet vanzelf.
Het is de vraag niet alleen hoe het met verhoring zit en wanneer God wel of niet iets zou doen met ons gebed, maar het begint al met de vraag wat bidden eigenlijk is en of dit altijd alleen maar woorden zijn of dat het ook daden zijn. En hoe vrijmoedig (of voor sommigen misschien wel vrijpostig) is dan communiceren met God? Je begrijpt wel dat hier het laatste woord nog niet over is gezegd. Sterker nog, het is een zoeken naar de manier hoe wij mogen, maar ook moeten communiceren met God en met welk geloof en soms ook met welke autoriteit wij behoren te bidden. Als je hierin wilt leren, ga dan mee in dit avontuur van omgaan met God, zodat we vanaf de Pinksterdag werkelijk de wereld kunnen intrekken om te doen wat Jezus vraagt.
Gebed: Heer, misschien ben ik soms veel te ongelovig in mijn gebed of te voorzichtig, lukt het mij soms niet om volhardend te zijn in wat ik aan U vraag, maar wilt U mij leren op welke manier ik met U mag omgaan.