"Maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven." (Genesis 2:17)
Het is gelijk aan het begin van de wereldgeschiedenis waar we iets zien van Gods heiligheid, maar ook gelijk iets zien van Zijn genade. Ik hoorde vroeger altijd de uitspraak dat we zondaren waren die des doods schuldig waren. Op zich is er niets mis met deze uitspraak, want in de aard van ons bestaan klopt dat wel. Waar het misgaat is daar waar aan deze zin gelijk een godsbeeld wordt gekoppeld van een God van toorn en verderf. Dat is namelijk niet wat God ons laat zien als we de Bijbel beginnen te lezen.
Hoe heilig en zuiver God ook is, onze keuze om onheilig te worden, heeft bij God nooit betekent dat daarmee de deur in het slot is gevallen. Het is goed om dat gelijk aan het begin te beseffen als je gaat nadenken over Gods heiligheid. God kan de zonde niet zien, maar tegelijk betekent zonde niet dat er iets is dat onomkeerbaar is. Het is verleidelijk om te zeggen dat dit wel zo zou zijn en dat na Christus daar pas verandering in is gekomen, maar als je de reactie van God in het paradijs tot je laat doordringen, lees je heel wat anders.
Met termen als dat God een verterend vuur is en vertoornd is moet je altijd uitkijken. Niet omdat het niet waar zou zijn, maar omdat het gevaar groot is dat dit als een soort dreigmiddel wordt ingezet en je daarmee totaal uit balans raakt. Kun je zeggen dat God straft? Ja, dat kun je zeker zeggen. Sterker nog daar kun je niet omheen. Maar of straf altijd negatief is, valt te betwijfelen. Kijk gewoon even mee wat er gebeurd, direct na de zondeval.
Adam en Eva hebben van de boom gegeten waardoor ze Goddelijke kennis hebben gekregen over goed en kwaad en daarmee hebben ze gezondigd. God had gezegd dat ze zouden sterven als ze van die boom zouden eten. Het is maar de vraag of God daarmee ‘dood’ uitdeelt of dat vanaf dat moment ons lichaam een gebroken lichaam is geworden. Met andere woorden, de waarschuwing van God was een waarschuwing tegen de zonde omdat de zonde in zichzelf kapot maakt. Ongehoorzaam zijn, brak de heiligheid die wij bezaten namelijk af. Onze volmaaktheid ging eraan en ons lichaam werd sterfelijk.
En God, Hij reageert niet zoals je zou verwachten. Je zou verwachten dat God Adam en Eva direct zou doden en blijkbaar waren ze daar ook bang voor. Overigens had God het nooit gezegd dat Hij hen zou doden, maar Hij had gezegd dat ze zouden sterven. Wij hebben gebrokenheid voortgebracht met alles wat daarbij hoort! God maakt geen einde aan het leven van Adam en Eva, maar Hij belooft herstel. God is en blijft uit op een complete zuivere toekomst. Dat is het enige waar God in kan leven.
Als je dat beseft, komt ook het verhaal in het paradijs in een ander licht te staan. Waarom moesten Adam en Eva de hof uit? Was dat straf? Nee, dat was bescherming. Dat klinkt vreemd, maar dat is het niet. Wat zou er gebeurd zijn als Adam en Eva in de hof gebleven waren? Dan hadden ze gegeten van de boom van het leven. Dan waren ze onsterfelijk geworden. Dat zou toch mooi zijn? Nee, dan zouden ze in gebrokenheid onsterfelijk geworden zijn. Gods heiligheid en Gods genade gaan hand in hand. Gods verlangen voor Adam en Eva was niet veranderd. God wilde een volmaakte toekomst voor hen. De reden was: God is heilig! God wilde niet van ons af, maar Hij kan niet leven met onheilige mensen. Daarom was de optie van onsterfelijke, onheilige mensen totaal geen optie, omdat God heilig en zuiver is. En het herstel dat Hij aanzegt, direct na de zondeval is gericht op Zijn heiligheid en niet op basis van straf. Daarmee zeggen we niet dat God niet straft, maar Zijn doel is heiligheid en volmaaktheid.
Gebed: Heer, als ik dit allemaal bedenk, duizelt het mij eigenlijk. Ik begrijp dit maar half. Ik zwijg in ontzag voor U.