Thema: Eerste brief van Petrus
"Houd uw levenswandel onder de heidenen goed; opdat zij die nu van u kwaadspreken als van kwaaddoeners, door de goede werken die zij in u waarnemen, God verheerlijken mogen op de dag dat er naar hen omgezien wordt." (1 Petrus 2:12)
Kunnen ongelovige heidenen God verheerlijken? Je zou zeggen: Natuurlijk kan dat, want zodra ze tot geloof komen, verheerlijken ze ook God. Ja, dat is zeker zo, maar dan zijn ze geen ongelovige heidenen meer, maar gelovigen. Is het extremer mogelijk? Heidenen die niet geloven, maar toch God verheerlijken? Eigenlijk is dit misschien wel een lastige en ongemakkelijke vraag. Toch, als je deze vraag aan Petrus zou stellen, zou hij je zeggen: "Ja dat kan zeker!" En ik moet je eerlijk zeggen dat ik even op het verkeerde been werd gezet toen ik het volgende gedeelte in de brief van Petrus las. Boven het gedeelte van vers 11 en 12 staat in mijn Bijbel namelijk: "Een voorbeeld voor de heidenen". Ik moet je dan eerlijk zeggen dat ik dan snel ga lezen en oppervlakkig een paar lijnen trek. Eigenlijk had ik een heel andere vraag in mijn gedachten. Ik wilde beginnen met: Kunnen ongelovigen tot geloof komen zonder onze woorden? Maar dat is niet waar Petrus het over heeft.
De vraag of een ongelovige heiden God kan verheerlijken terwijl hij ongelovig is, is een vreemde vraag, maar wel eentje die er toe doet. De gelovigen aan wie Petrus schrijft hadden het zeker niet makkelijk in de tijd waarin zijn leefden. Er was veel vijandschap en er werd veel over hen geroddeld. Die roddels waren meer dan alleen maar opmerkingen dat die christenen maar vreemde mensen waren. Er gaan zelfs verhalen dat er heidenen waren die hoorden hoe de christenen Avondmaal vierden en de woorden: "Dit is Mijn lichaam", doorbriefden naar de stadsbestuurders met het verhaal dat christenen elkaar opaten.
Als je zo wordt dwarsgezeten, zou de kans kunnen bestaan dat je die heidenen niet al te vriendelijk zou benaderen en dat je heel vleselijk zou kunnen reageren. En dan zegt Petrus: Dat is niet de bedoeling. Ga nu niet vleselijk reageren, volg niet de begeerte, het verlangen van je vlees. Je vleselijke, oude mens zou namelijk wel eens heel verkeerde verlangens kunnen hebben richting die heidenen. Zorg ervoor dat je levenswandel zuiver is. Je mag dat betrekken op dat je geen kwaad met kwaad vergeld, maar je mag dit ook heel breed trekken. Laat in alles, onder elkaar, maar ook in hoe je met hen omgaat, zien dat je leeft als een hemelburger. Petrus begint dit gedeelte met de gelovigen bijwoners en vreemdelingen te noemen. Dat waren ze natuurlijk ook in de maatschappij, maar Petrus bedoelt er hier ongetwijfeld ook mee dat ze dit zijn op aarde als hemelburgers. Leef als burgers van dat andere Koninkrijk.
Uiteindelijk zal dit de laster laten stoppen en je kunt je wel voorstellen dat dit ook kan betekenen dat Petrus bedoelt dat je goed bent voor degenen die vijandig tegen je zijn. Liefhebben is lang niet altijd iets dat we kado krijgen, vaak kost ons dat echt wel iets. En wat werkt dit dan uit? Mijn eerste reactie was: Dan komen ze natuurlijk tot geloof. Ja, dat zou mooi en geweldig zijn, maar wat nu als dat niet gebeurd en de vijandschap blijft? Dan zegt de HSV dat ze God verheerlijken op de dag dat er naar hen omgezien wordt. Dat lijkt een positief moment. Het moment dat God met Zijn genade naar die heidenen omziet, bijvoorbeeld? Dat denk je in eerste instantie, maar het Griekse woord gaat over een bezoeking in de toekomst. Omzien klinkt als zorg, maar dat is het niet. Petrus heeft het hier over de oordeelsdag. Dat klinkt negatief en dat is het voor ongelovigen ook zeker wel, maar wat gebeurt er op die oordeelsdag? Dan zullen die heidenen God verheerlijken omdat ze moeten toegeven dat die gelovigen echt tot eer van God leefden door hun hele houding.
Het andere is ook waar: Door onze levenshouding maken we ongelovigen nieuwsgierig, daar komt Petrus later nog wel op terug, nu zegt hij dat onze levenshouding straks God zal verheerlijken door hen die ongelovig bleven en vijandig bleven. Uiteindelijk zullen ze God verheerlijken vanwege wat ze ons hebben zien doen als we een zuivere levenswandel er op nahouden. God krijgt dus niet alleen eer omdat jij gehoorzaam bent, maar zelfs vijanden zullen straks God verheerlijken vanwege onze levenswandel als deze zuiver is. Voer dus strijd tegen de begeerten van je ziel, en God zal meer eer ontvangen dan dat wij denken.
Gebed: Heer, laat mijn hele levenswandel U verheerlijken en eer geven, niet alleen dat U eer krijgt door mij, maar dat zelfs Uw vijanden U straks eer moeten brengen als ze tegen U moeten zeggen dat ik U echt en oprecht diende.
