Thema: Wij verwachten de Heer
"Ik heb hoop op God - zij zelf verwachten het ook - dat er een opstanding van de doden zal zijn van zowel rechtvaardigen als onrechtvaardigen." (Handelingen 24:15)
Waar hoop je op en waar is je verwachting op, ook als je in een situatie komt, waarbij je aanvoelt dat er een besluit over je wordt genomen dat wel eens heel negatief kan zijn? Of sterker nog, dat je op grond van je geloof ook nog wel eens tot de dood veroordeeld zou kunnen worden? Dat lijkt, gelukkig, voor ons iets dat niet direct aan de orde is, maar ondanks dat, brengt deze vraag je wel tot de kern van wat je gelooft. Paulus spreekt namelijk over verwachting, terwijl zijn leven ineens oog in oog kan staan met de dood.
Erg terecht is het niet wat er met Paulus is gebeurd waardoor hij in Handelingen 24 voor stadhouder Felix staat. Hij was opgepakt omdat hij Jezus verkondigde en daarmee voor de Joden iemand was die een sekte vertegenwoordigde. Hij was iemand van de sekte van de Nazarenen. Of met andere woorden: Hij was iemand die vertelde dat Jezus de enige weg van redding was. En wat doe je als je daardoor aangeklaagd wordt voor volksoproer? En besef wel dat volksoproer je zomaar de doodstraf kon opleveren. Paulus reageert dan op verschillende beschudigingen, maar hij zegt vooral dit: "Ik heb hoop op God, dat er een opstanding van de doden zal zijn van zowel rechtvaardigen als onrechtvaardigen".
Dan moet je bedenken dat het hier voor Paulus gaat over leven en dood, maar over de dood zegt hij: "Het kan allemaal zo zijn, zoals deze mensen tegen mij getuigen, maar zowel zij als ik geloven dat na de dood er een opstanding komt en we voor het oordeel van God staan Die zuiver recht zal spreken. Als je dat nu echt gelooft, dan is het toch onmogelijk dat je zulke onrechtvaardige dingen zou doen als waar Paulus van wordt beschuldigd, want wat schiet je ermee op, als je straks toch zal opstaan, na een doodvonnis en je staat voor God?
Het argument van Paulus is heel sterk, maar zijn geloof is nog veel sterker. Hij kiest er niet voor om zijn geloof bij te stellen, zich aan te passen van wat hij belijdt, maar hij blijft staan waar hij voor staat, ondanks dat er druk op hem wordt uitgeoefend. Druk die eigenlijk bijna niet vol te houden is. Nu kun je natuurlijk gewoon zeggen: "Dit gaan wij niet meemaken op deze manier", en ik denk dat dit voorlopig klopt en ik ga je ook niet zeggen dat je eens moet voorstellen dat het wel gebeurd en hoe je dan zal reageren, want ik geloof ook dat God je in dit soort situaties bijzondere genade zal geven. Maar mag ik je wel de vraag stellen welke verwachting je echt hebt als het erop aankomt?
Wat ik bedoel? Paulus loopt hier op het scherpst van de snede en wij nog niet eens. Blijven wij, met veel minder druk wel altijd trouw aan ons geloof en onze belijdenis? Even gewoon een eerlijke vraag? Als we het hebben over verwachting, wat verwacht jij dan eigenlijk en waar blijkt dat uit op het moment dat je wordt aangevallen op je geloof en op je hoop? Verwacht jij dan, al overkomt, vanwege je geloof, het ergste dat je kan overkomen, dat dit leven op dat moment ook slechts alleen dit leven is? Je leest op meerdere momenten in het Nieuwe Testament dat de apostelen schrijven dat ons lichaam misschien wel gedood kan worden, maar onze ziel is veilig bij God! Ons lichaam zal zomaar niet gedood worden omdat je gelooft, hooguit levert jouw geloof in Jezus wat spot op en wellicht krijgen we in de toekomst te maken met straffen als we trouw blijven aan Gods getuigenis. Maar dreigen wij, zelfs als er niet eens echte gevolgen zijn, ons niet aan te passen zodat ons geloof ons geen problemen geeft?
Bedenk eens dat je niet leeft voor dit leven en dus ook niet voor het makkelijkste hier op aarde, maar bedenk eens dat je leeft voor een eeuwige toekomst met God. Dan komt toch alles in een ander licht te staan? En nee, laten we dan niet dreigen met een oordeel dat volgt, want zo spreekt Paulus er hier ook niet over, dat oordeel is voor hem juist een bemoediging, maar hij slaat er zijn tegenstanders niet mee om de oren. Ik verwacht, hoe mijn leven nu ook zal lopen, dat mijn echte toekomst, vol heerlijkheid straks pas echt zal beginnen en daarom zal ik nu onverkort standhouden in geloof in mijn Jezus.
Gebed: Heer, ik prijs U dat U mijn toekomst hebt vastgesteld en dat het beste nog zal komen. Ik bid U om bijzondere genade voor die momenten dat het nodig zou mogen blijken, maar tot dat moment wil ik trouw zijn aan U.