Thema: Vruchtdragen #1
“Elke rank die in Mij geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke rank die vrucht draagt, reinigt Hij, opdat zij meer vrucht draagt.” (Johannes 15:2)
Waarom zou je een boomgaard planten als je niet de bedoeling hebt om vruchten te kweken? Aparte vraag, vind je niet? Ik zou het wel weten. Als ik dan bomen zou planten, maar ik zou geen vruchten willen, dan zou ik bomen planten met een mooie bladkleur. Of misschien zou ik een boom planten die mij schaduw geeft in de zomer. Hoe dan ook, als je een boomgaard plant, wil je appels, peren, pruimen of kersen. Een boom die je dat dan niet geeft, die haal je uit de boomgaard. Dat klinkt allemaal best wel logisch. Wat nu als je mensen op deze wereld zet met het doel dat ze leven zoals je bedoelt? Precies, dat heeft ook met vruchtdragen te maken. En wat dan als ze zo niet leven?
Het is opvallend dat Jezus nogal wat beelden gebruikt voor degenen die Hem volgen die alles te maken hebben met de oogst. Met andere woorden: Het gaat Jezus niet in de eerste plaats erom hoe de boom eruit ziet, maar het gaat Hem erom dat die boom vruchtdraagt. Nog ander gezegd: Het gaat er bij Jezus niet in de eerste plaats om hoe onbeholpen je soms de dingen in het leven doet, Hij wil Zijn bedoeling terug zien in je leven. Hij zoekt naar de intenties waarin Hij Zichzelf terugziet.
Het is wel duidelijk, de toon is gezet voor de komende zomerperiode: Vruchtdragen! Dat is niet alleen de toon, het is ook het thema. En dat thema is toch ook wel weer erg schurend, zeker als je de woorden van Jezus tot je laat doordringen. Jezus heeft het namelijk over de wijnrank. Misschien is die gelijkenis nog wel de meest heftige gelijkenis over vruchtdragen. Bij de gelijkenissen van de zaaier en de tarwe gaat het nog over zaad dat op een verkeerde plaats valt of over onkruid tussen het goede zaad. Bij de gelijkenis van de wijnstok en de ranken is dit nogal anders. Kijk maar even mee.
Jezus zegt iets dat wij heel vaak niet lezen. De term ‘In Christus zijn’ is een grote term geworden. De enige manier om vrucht te dragen is kennelijk door in Christus te zijn. Nu is dat al een uitdaging op zichzelf om dat goed uit te leggen, maar de uitdaging is nog wat groter als je de tweede zin uit de gelijkenis leest. Daar staat dit: “Elke rank die in Mij geen vrucht draagt, neemt Hij weg”. Pardon, Jezus? U zegt het hier toch verkeerd, zeker? Als je in Christus bent en blijft is het toch goed?
Kennelijk dus niet. Sterker nog, je kunt dus blijkbaar in Christus zijn en geen vrucht dragen. Je kunt dus verbonden zijn met Hem en toch zonder vrucht blijven. En als dat gebeurt, wordt zo’n rank weggenomen. Jezus spreekt eigenlijk tegenstrijdige woorden. De hele verdere gelijkenis is duidelijk als als je in Hem bent en blijft, met Hem verbonden bent, dat er dan vanzelf vruchten zullen ontstaan, want uit onszelf dragen we geen vruchten, maar zo begint Jezus dus niet! Hij begint met ‘elke rank ìn Mij, die geen vrucht draagt’. Klopt dit dan niet? Volgende keer bekijken we dit verder, voor nu mag je even nadenken over hoe jij vruchten draagt in je leven.
Gebed: Heer, vruchtdragen voor U is wat Uw doel met mij is, leer mij wat U daarin van mij verwacht.